Dat Call
of Duty fundamenteel verschilt van oorlogsvoering in de praktijk, lijkt
haast een overbodige opmerking. Hoewel er voor de hand liggende verschillen
tussen beide bestaan, ligt een van de meer subtiele verschillen in de
hoeveelheden data waar (virtuele) soldaten op het slagveld toegang toe hebben.
Althans, met de investering van $ 21,9 miljard door het Amerikaanse leger in
ruim 120.000 Augmented Reality (AR) headsets van Big Tech bedrijf
Microsoft, lijkt dit inmiddels verleden tijd te zijn. Terwijl deze technologie
Amerikaanse soldaten toegang verleent tot de nodige inzichten om potentiële
vijanden een stap voor zijn, wordt hiermee tegelijkertijd een bij uitstek
nationale aangelegenheid uit handen gegeven aan een multinationale
beursgenoteerde onderneming met wellicht tegenstrijdige belangen. Dit doet mij
de vraag opwerpen in hoeverre een dergelijke samenwerking en de potentiële
gevolgen daarvan überhaupt juridisch geframed kunnen worden.
Slimme brillen
wijzen militairen de weg
Eind maart sloot Microsoft een
miljarden overeenkomst met het Amerikaanse ministerie van Defensie.[1] Microsoft
en het Amerikaanse leger werkten de afgelopen twee jaar al aan prototypes en
deze eerdere opdracht leidt nu tot deze overeenkomst. De techgigant gaat
daarmee de komende tien jaar AR headsets leveren aan het Amerikaanse leger.[2] De
bril die is aangepast aan de wensen van het leger wordt door Microsoft de
IVAS-headset genoemd, afgeleid van de
Microsoft HoloLens die in 2015 voor het eerst werd aangekondigd en visuele
informatie toevoegt aan de werkelijkheid. De bril wordt aangesloten op
datacenters van Microsoft om aldaar de beeldanalyse te laten plaatsvinden,
waarna relevante informatie wordt teruggekoppeld aan de betreffende militair.
Volgens het Amerikaanse concern zijn er talloze scenario's denkbaar waarin deze
slimme technologie militairen kan helpen om te overleven en efficiënter te werk
te gaan ten tijde van een militair conflict. De slimme brillen behoren
militairen tijdens een missie beter bewust te maken van alles wat in hun
omgeving gebeurt, ook ‘s nachts, en hun in staat te stellen makkelijker
informatie met elkaar delen en beslissingen te nemen. De bril wordt daarnaast
niet enkel op het veld gebruikt, maar ook gedurende militaire trainingen en
niet enkel door de Verenigde Staten – eerder werd de bril al geleverd aan
Israël en andere landen zullen in de nabije toekomst naar alle
waarschijnlijkheid volgen.[3]
De Amerikaanse overheid blijkt overigens
een lucratieve opdrachtgever voor Microsoft. In 2019 leverde Microsoft de
nieuwe kantoorsystemen voor het Pentagon en twee jaar terug sloot de techgigant
een contract met het Amerikaanse ministerie van Defensie om cloud-diensten
te leveren aan het Pentagon.[4] Dit project met een looptijd van tien jaar en een
waarde van $10 miljard werd bekend als het Jedi-project. Concurrent Amazon zag
daarmee een miljardencontract aan zijn neus voorbij gaan en tot op heden
probeert het bedrijf de deal ongedaan te maken in de rechtszaal op grond van
het argument dat het ministerie van Defensie geen objectief besluit zou hebben
genomen, maar zich zou hebben laten leiden door de aversie van voormalig
president Trump tegen Amazon-oprichter Jeff Bezos.[5]
HoloLens voor het goede, niet de oorlog
Ook Microsoft-werknemers keren zich
tegen de samenwerking tussen de Amerikaanse defensie en hun werkgever. Zij
weigeren technologie te maken voor oorlogsvoering en onderdrukking. “Gebruik de
HoloLens voor het goede, niet de oorlog”, schreven werknemers twee jaar terug
boven een open brief met hun bezwaren.[6] Daarin benadrukten zij bovendien hun
afkeer tegen de productie van technologieën die militairen ‘dodelijker’ maken.
Dit bleek echter weinig effect hebben. Zo reageerde Microsoft President Brad
Smith hierop met het argument dat diegenen die de Verenigde Staten verdedigen
toegang behoren te krijgen tot de beste technologie.[7] Microsoft beschikt
klaarblijkelijk over de nodige middelen om zulke technologie te kunnen leveren
en daar blijft het niet bij. Volgens kenners is de miljardendeal die eind maart
werd gesloten slechts een voorbode voor een uitgebreider gebruik van dergelijke
technologieën op massale schaal door overheidsinstanties, privé bedrijven en
consumenten. Bovendien lijken naast Microsoft ook andere bekende techgiganten,
waaronder Apple, Google en Facebook, hierin een behoorlijk graantje mee te
pikken.[8]
Waarom baart dit juridische zorgen?
Dat technologie een in dominantie
toenemende rol speelt in ons dagelijks bestaan is geen verrassing. Ook de
relatie tussen technologie en krijgsmacht is op zichzelf niets nieuws. Dat
dergelijke technologieën door private partijen aan de krijgsmacht worden geleverd,
al evenmin. Waarom dan reden tot zorg naar aanleiding van deze nieuwe deal? Hoewel Microsoft eerder
technologie aan het Amerikaanse leger heeft gelicenseerd, is het nooit de grens
overgegaan van wapenontwikkeling noch is zij eerder overgegaan tot actieve en
intrinsieke betrokkenheid bij oorlogsvoering.[9] Met deze nieuwe deal lijkt daar
echter fundamenteel verandering in te komen. Naast de levering van de nieuwe AR
headsets, zou de Big Tech gigant nu ook direct controle krijgen over de
olie die het Amerikaanse leger bij het gebruik van de nieuwe slimme brillen
lopende houdt – ongekende hoeveelheden en soorten data. Dit roept
onvermijdelijk vragen op over integriteit, verantwoordelijkheid en aansprakelijkheid.
Kan de krijgsmacht een multinationale beursgenoteerde onderneming wel als een
integere partner die dezelfde belangen nastreeft, beschouwen? Wie is
verantwoordelijk voor wat wanneer de controle over militaire activiteiten
vervaagt? En bij wie ligt de aansprakelijkheid als er iets fout gaat?
Ook de verzameling van enorme
hoeveelheden data roept vragen op in het kader van privacy en de bescherming
van persoonsgegevens. AR-technologieën vereisen de verwerking van aanzienlijke
hoeveelheden data, met name gegevens over uiterlijk, het volgen van het
lichaam, locatie, communicatie en ander gedrag.[10] Dataverzameling in het kader
van AR-applicaties verschilt echter op bepaalde punten aanzienlijk van
dataverzameling in het kader van andere technologieën. De betreffende
technologiebedrijven verzamelen vaak andere soorten gegevens, waaronder
gegevens over de bewegingen van een apparaat en de afmetingen van de ruimte
waarin de gebruiker de AR-apparatuur gebruikt. Bovendien verwerken AR-systemen
doorgaans biometrische gegevens, gegevens die onder artikel 9 van de Algemene
Verordening Gegevensbescherming (AVG) extra bescherming vergen.[11] Met name in
een Europese context roept het gebruik van militaire AR headsets dan ook vragen
op ten aanzien van de bescherming van privacy en persoonsgegevens. Met het oog
op de Regeling Gegevensbescherming Militaire Operaties is het bijvoorbeeld maar
de vraag welke gegevens als persoonsgegevens kwalificeren en derhalve
bescherming genieten.[12]
Tot slot is ook de concepttekst van de
nieuwe Europese AI-verordening in dit verband toonaangevend. De Europese
Commissie heeft in februari 2020 in het Whitepaper Artificial Intelligence
2020 haar visie gegeven op de ontwikkeling van beleid en regelgeving op het
gebied van AI.7 In essentie komt dit nieuwe voorstel erop neer dat de EU Artificiële
Intelligentie (AI) strenger gaat reguleren. Er komt een lijst met verboden
toepassingen en aan veel nu al ingezette AI-technologieën wordt naar alle
waarschijnlijkheid een hoog-risicoclassificering toegekend. Deze strenge regels
gelden echter niet voor de toepassing van AI voor militaire doeleinden.[13] Zo
blijkt uit overweging 16 dat AI-systemen die uitsluitend worden gebruikt voor
het besturen van wapens of voor andere militaire doeleinden, buiten de
reikwijdte van de verordening vallen. Bovendien stelt artikel 2(4) dat de nieuwe
AI-verordening nadrukkelijk niet van toepassing is op AI-systemen die
uitsluitend worden gebruikt voor de bediening van wapens of voor andere
militaire doeleinden. Hoewel niet altijd van toepassing op AR-technologieën, is
dit wederom karakteriserend voor de wijze waarop de toepassing van nieuwe
technologieën in de militaire context door bestaande wettelijke kader wordt
geadresseerd. Namelijk, niet of niet voldoende.
Conclusie
Dit zijn slecht enkele voorbeelden van
juridische vraagstukken en complicaties die de samenwerking tussen de
krijgsmacht en BigTech doet opwerpen. Ook in Nederland nemen de zorgen omtrent
de ontwikkeling en toepassing van zeer geavanceerde technologieën in oorlogsvoering toe. Zo heeft vredesorganisatie
Pax staten al opgeroepen om internationale afspraken te maken over militaire
toepassingen van kunstmatige intelligentie, en volledig autonome wapens te
verbieden.[14] Commerciële bedrijven zouden volgens deze organisatie niet moeten
meewerken aan het ontwikkelen van deze wapens. BigTech laat ook wat dit betreft
van zich horen. “Geen militair wil wakker worden en ontdekken dat machines een
oorlog zijn begonnen. Om dat te voorkomen en een wijze discussie te kunnen
voeren, moet de tech-sector zich niet afzijdig houden”, aldus Smith.[15] Met het
oog op de toekomst lijkt dit mij een buitengewoon goed voornemen, maar niet
alvorens juridisch meer helderheid wordt geschapen.
1. ‘Microsoft zet 120.000 AR-brillen op hoofden Amerikaanse militairen’, RTL Nieuws 1 april 2021.
2. Ibid.
3. ‘Microsoft sluit miljardendeal met Amerikaans leger over AR-headsets’, NU.nl 1 april 2021.
4. Ibid.
3. H. Nauta, ‘Slimme bril van Microsoft wijst militairen de weg’, Trouw 2 april 2021.
5. ‘Werknemers Microsoft eisen einde Hololens-deal met leger VS’, RTL Nieuws 24 februari 2019.
6. Zie noot 3.
7. Zie noot 5.
8. ‘TechNotes: Top 10 issues for AR/VR’, Simmons & Simmons 30 april
2020.
9. Agentschap Telecom, ‘Regelgeving kunstmatige intelligentie (AI)’, z.d.
10. Regeling van de Staatssecretaris van Defensie van 4 mei 2018, Stcrt. 2018, 28239.
11. Voorstel voor een Verordening van het Europees
Parlement en de Raad tot vaststelling van geharmoniseerde regels betreffende
artificiële intelligentie (wet op de artificiële intelligentie) en tot
wijziging van bepaalde wetgevingshandelingen van de Unie (COM(2021) 206 final).
12. Nauta 2021.
13. Nauta 2021.