Poëzie aan de muren en de harten

Geschreven door Yusuf Kolukisa op 28-02-2023

Wanneer de rechtenstudenten via het Rapenburg naar het KOG lopen of fietsen, merken zij het vrijwel meteen op: de grote Japanse karakters aan de muur van Rapenburg 75. ‘荒海や, 差渡によこたふ , 天の川’,is hetgeen zij te zien krijgen. Terwijl de eerstejaars er in het begin de wenkbrauwen voor optrekken, zijn de ouderejaars er al aan gewend. Ook voor de studenten die met de bus heen en terug naar het KOG reizen zijn geschriften in een vreemde taal een bekend gezicht. Zij zien voornamelijk ‘Дъждът, езерото, и вятърът, сънуваха красотата, на един заспал лебед. Шумоляха перата му. Скрил глава, той пътуваше, и сънуваше, в тишината, всичко това.’, recht tegenover de bushalte aan de muur van Breestraat 135. Geschilderde tekens of teksten in een vreemde taal zoals die van Rapenburg 75 of Breestraat 135 zijn niet alleen te vinden aan de muren van deze twee plaatsen, maar ook in de Clarensteeg, Caeciliastraat, Kagerstraat en vrijwel in de gehele sleutelstad. Wat houden deze geschriften en tekens op de muren van onze sleutelstad eigenlijk in? 

Het schilderen op muren van stegen en straten begon allemaal op 8 oktober 1992 toen Jan Willem Bruins het gedicht van de Russische Marina Ivanova Tsvetajeva genaamd ‘mijn verzen’ schilderde aan de muur van Nieuwsteeg een à twee minuten lopen van het KOG. Niet kort daarna in 1993 heeft Jan Willems Bruins samen met Ben Walenkamp de stichting TEGEN-BEELD opgericht. Dat hebben zij gedaan met de intentie om verschillende gedichten in vreemde talen te schilderen aan de muren van de stad. Leiden stond in die tijd al bekend om zijn vele talenstudies aan de Universiteit. Vreemdtalige gedichten aan de muren van een stad met zulke talenstudies paste er dan ook perfect bij. In het kader van het project ‘Gedichten op muren’ heeft de Stichting TEGEN-BEELD tot nu toe wel meer dan honderd muurgedichten geschilderd in de stad. 

De muurgedichten rondom Leiden werden met de dag beter bekend en populairder. Niet alleen bij de bevolking van Leiden, maar ook bij vele toeristen. Er werden wandelroutes gecreëerd langs de muurgedichten en vroeger werden er zelfs poëzieavonden gehouden. Met de komst van technologie kregen de muurgedichten in Leiden ook een eigen website. Op de site zijn verschillende wandel- en fietsroutes weergegeven voor poëzieliefhebbers die de muurgedichten willen aanschouwen. De gedichten zijn op de website ook te lezen in het Nederlands en er wordt zelfs wat achtergrondinformatie gegeven over de meeste gedichten. Wie een verhaal heeft over één van de gedichten kan zelfs een mailtje sturen naar het mailadres vermeld op de website. Er is dan een mogelijkheid om het ingezonden verhaal toe te voegen aan de website. 

De muurgedichten zijn in 39 talen te vinden, van het Baskisch tot Sarnami. Door de gedichten in meerdere talen dan alleen het Nederlands te schilderen, willen Jan Willems Bruins en Ben Walenkamp de gelijkwaardigheid van verschillende culturen benadrukken. Naast het idee van Jan Willems Bruins en Ben Walenkamp om de gelijkwaardigheid van culturen te benadrukken, willen zij de poëzie toegankelijker maken voor iedereen. Ook voor de mensen in Leiden die het Nederlands niet zo goed beheersen. Doordat de gedichten in zoveel verschillende talen zijn geschreven, is er bijna voor elke moedertaal een gedicht in de stad geschilderd. Op die manier kan iedereen in Leiden zich verbonden voelen met het gedicht en aan de stad. Over de verschillende talen vertelt een Leidenaar in een interview met de redactie: ‘Ja, leuk zo allemaal in verschillende talen. Lekker divers allemaal, ook mooi om eens gezien te hebben.’ In een interview met Veerle van der Gracht zegt Ben Walenkamp over de keuze voor verschillende talen: 'Ik wil laten zien dat het prachtig is om naar een Russisch teken of naar een Japans karakter te kijken. En waar kan dit beter dan in een stad die bekend staat om zijn talen door zijn universiteit en de Hugenoten uit Frankrijk en Vlaanderen.' 

Veel van de muurgedichten zijn geschreven door beroemde dichters van landen en/of regio’s. Op de hoek van de Houtstraat en het Rapenburg is bijvoorbeeld het gedicht ‘Sonnet xxx’ te vinden van William Shakespeare, een van de beroemdste dichters aller tijden. In de Choorlammersteeg het gedicht ‘naamloos’ van Jan Arends en aan de Plantage 1, hoek Veerstraat, het gedicht ‘Natur und Kunst’ van Johann Wolfgang von Goethe. Als een echte lieflijke oerknal van de Nederlandse literatuur heeft de Stichting TEGEN-BEELD gewerkt aan het schilderen van ‘Hebban olla vogala’. Die werd samen met het gedicht ‘Stoa’ geschilderd toen de Stichting de opdracht kreeg om twee gedichten aan te brengen bij de universiteit. Het gedicht ‘Stoa’ staat buiten in de tuin van Rapenburg 70 (de oude UB van de Universiteit Leiden en tegenwoordig het kantoor voor het College van Bestuur). ‘Hebban olla vogala’ staat binnen in het trappenhuis van het kantoor voor het College van Bestuur. ‘Hebban olla vogala’ is trouwens ook het enige muurgedicht die niet openbaar toegankelijk is voor iedereen. 

Er zijn ook buiten de Stichting om muurgedichten geplaatst. Aan sleutelstad.nl vertelt de Stichting-voorzitter Hetty Leijdekkers daarover dat het de eenheid van het project in gevaar kan brengen. Volgens Leijdekkers is de stijl zodanig afwijkend dat ze het niet prettig vinden. Ook zegt Leijdekkers: ‘Wij kunnen inderdaad niks tegenhouden en dat willen we ook niet. Maar wij hopen dan dat mensen uit zichzelf denken dat inmenging in zo’n project niet zo gepast is. Wij hebben in dertig jaar iets neergezet, dus ik vind dat we daar wel iets over mogen zeggen.’ Een initiatiefnemer van een muurgedicht van buiten de Stichting om is de dichter Joost van Gijzen. Zelf zegt hij dat er wel een verzoek was om samen te werken met TEGEN-BEELD, maar dat het van de hand werd gewezen. Ook hij vertelt aan sleutelstad.nl: ‘De stichting ontmoedigt elk particulier initiatief en heeft de focus op buitenlandse gedichten, maar waarom geen aandacht voor onze Leidse dichters? Waarom zouden zij de keurmeester zijn van de cultuur in de stad?’. 

Het einde voor de muurgedichten is nog niet nabij. Volgens de Stichting staan er een aantal restauraties van overgeschilderde muurgedichten op het programma en een aantal gedichten in nieuwe vreemde talen. Dat de muurgedichten in vreemde talen geschreven zijn, is uiteindelijk ook gewoon één van de redenen geweest voor deze beroemdheid. Met grote afwachting zullen de bewoners en de studenten van onze sleutelstad moeten wachten op de nieuwe gedichten die de straten zullen versieren met gevoelens. Vraagt u zich trouwens af wat het favoriete muurgedicht van de redacteur van dit stuk is? Die is momenteel niet meer te zien, maar laten we hopen dat dit gedicht ook opnieuw wordt geschilderd.

Terug naar nieuwsoverzicht